Rosse metselbij

Bij het verzamelen van het stuifmeel maken zij dit vochtig en dragen ze het stevig verpakt in hun “korfje” mee. Door die compacte opslag van stuifmeel tijdens transport blijft er logischerwijs minder stuifmeel over voor de bestuiving van de plant. Daarnaast bezoeken honingbijen de bloemen zo efficiënt mogelijk, wat de kans op bestuiving eveneens reduceert.

In vergelijking met de nette honingbij is de rosse metselbij een nonchalante bezoeker van bloemen. Zij vliegt lukraak naar bloemen en draagt het stuifmeel op een losse manier mee naar haar nest. Hierdoor is de kans dat het stuifmeel daadwerkelijk voor bestuiving zorgt veel groter.

Enkele bijzonderheden van de rosse metselbij:

• Het is één van de 330 solitaire bijensoorten in ons land.
• Het vrouwtje kan tot 600 meter vliegen op zoek naar bloemen.
• Zij kan 75 bloemen bezoeken op een trip, per minuut zelfs tot 25 bloemen.
• Het gewicht aan stuifmeel per vlucht kan tot 300 milligram bedragen.
• Zij maakt haar nest het liefst dicht bij een ander nest, tot wel 250 nesten bij elkaar. Ideaal hiervoor zijn insectenhotels.
• Zij kan tot 16 cellen per nestholte maken, één cel per dag.
• Er zijn 19 bezoeken aan bloemen nodig voor de pollen en nectar in één cel, die zij in 3,5 uur kan vullen.
• Het aantal stuifmeelkorrels in een cel bepaalt het geslacht. Bij meer dan ongeveer 4,5 miljoen korrels komt uit het ei een vrouwtje, anders een mannetje.

Deze hardwerkende bij is goed nieuws voor wilde bloemen, gewassen en fruitbomen. De rosse metselbij is een effectieve bestuiver van koolzaad en enkele gewassen in (tunnel)kassen, zoals aardbeien en frambozen. In Japan en de USA zijn ze al jaren in gebruik. Er zijn steeds meer aanwijzingen dat dit insect deze rol ook in ons land zou kunnen vervullen.