Lieveling
- Aug 12, 2023 13:47
- Natuur om de hoek in de Meppeler Courant
Sinds ik met pensioen ben heb ik meer tijd voor hobby’s en allerlei andere bezigheden. Zo ben ik al een tijdje vrijwillige boswachter op het Dwingelderveld, ik onderhoud een moestuin bij de kerk van Koekange en lees graag een boek.
Meestal een detective, ik heb immers jaren bij de politie gewerkt. Natuurlijk zit ik regelmatig achter de computer, de columns die ik schrijf komen er niet vanzelf.
Nu is het daadwerkelijk schrijven van een column niet het grootste probleem. Vooral omdat ik het leuk vind om met een beperkt aantal woorden iets interessants neer te zetten. Lastiger is het om een onderwerp te kiezen. In de afgelopen jaren zijn al de nodige onderwerpen langsgekomen en ik wil niet in herhaling vallen. Voor een nieuw onderwerp wijk ik daarom nog wel eens uit naar de social media op het internet.
Zo kwam ik bij een aantal personen, die op Twitter actief zijn en waarvan ik weet dat ze regelmatig over de natuur berichten, in hun melding de term lieveling tegen. In eerste instantie liet ik voor wat het was, totdat ik in de gaten kreeg dat het met motten te maken had. Voeg daarbij dat bij sommige meldingen een afbeelding van dit insect was bijgevoegd, kreeg ik in de gaten dat de lieveling een nachtvlinder moest zijn.
Het blijkt dat de lieveling in ons land zeer algemeen voorkomt en in geen enkele provincie ontbreekt. Hij heeft een voorkeur voor vochtige plaatsen met een weelderige, kruidenrijke vegetatie. Hoewel dit insect als nachtvlinder is ingedeeld in het dierenrijk, is hij ook overdag actief. Daarnaast is hij gemakkelijk te herkennen. De vleugels zijn lichtbruin tot beige van kleur met een karakteristieke roodbruine, diagonale lijn dwars over de voor- en achtervleugel. Deze donkere lijn begint bij de punt van zijn bijna twee centimeter lange voorvleugel en loopt dan schuin naar beneden tot op zijn kortere achtervleugel. Een andere typisch kenmerk is de rozerode achterrand van de beide vleugels. Hierbij moet ik wel opmerken dat deze opvallende kenmerken na verloop van tijd kunnen verbleken.
De enige vlinder waarmee de lieveling te verwarren is, is de ligusterstipspanner. Echter bij deze vlinder loopt de diagonale lijn niet tot in de punt van de voorvleugel. Daarnaast is deze vlinder veel zeldzamer en komt voornamelijk voor in de duinen en Zuid-Limburg.
De lieveling is als vlinder vanaf mei tot eind september actief. Het vrouwtje legt haar eitjes voornamelijk op zuring, duizendknoop en varkensgras. Deze planten zijn het voedsel voor haar nageslacht. De rups bereikt een maximale lengte van 23 millimeter, is roodachtig bruin tot grijs van kleur met donkere vlekken over de rug. Zijn kop is wat dikker, waardoor zijn uiterlijk een klein beetje aan een cobra doet denken. Als rups zal hij in de strooisellaag overwinteren om in het voorjaar te verpoppen.