DSC00286 kopie

Geisha

  • Jun 17, 2023 09:03
  • Natuur om de hoek in de Meppeler Courant

Op school was ik een typische beta-klant. Veel gevoel voor taal had ik toentertijd niet, Nederlands en Engels ging nog wel, Duits en Frans waren een ramp. Wiskunde was meer mijn ding, ik heb zelfs nog even overwogen om het te gaan studeren.

Door mijn liefde voor vogels heb ik uiteindelijk voor biologie gekozen. Tot op heden heb ik daar nooit spijt van gehad. Mijn taalgevoel begon zich pas goed te ontwikkelen toen ik columns over de natuur ging schrijven. Immers een belabberde geschreven column leest niet prettig. Voor onderwerpen over de natuur voor die columns struin ik onder andere social media af. Daar volg ik eveneens personen en instanties die over taal berichten. Een daarvan is Wouter van Wingerden, een naam die je misschien niet veel zult zeggen. Als gebruikersnaam gebruikt hij @doeietsmettaal, dus vandaar de link.

Eind mei plaatste hij een bericht op Twitter van het Instituut voor de Nederlandse Taal over het gebruik van Engelse leenwoorden. Er zijn genoeg personen die het gevoel hebben dat onze taal vergeven is van Engelse woorden. Voor een deel klopt dat, maar het kan nog erger. Neem voorbeeld Japan, in hun taal komen ongeveer een dubbele hoeveelheid Engelse leenwoorden voor in vergelijking met ons kikkerlandje.

Als je nu gaat kijken naar Japanse leenwoorden in onze taal, dan zul je die niet veel tegenkomen. Een daarvan is geisha, dat in de Dikke van Dale omschreven staat als: “Japanse gastvrouw, die bezoekers vermaakt als artieste en conversatiepartner”. Wat schetst mijn verbazing als bioloog, in ons land blijkt een vlinder voor te komen met dezelfde naam. Ik had er tot voor kort nog nooit van gehoord. Dat hoef ik mijzelf niet kwalijk te nemen, want alleen al het aantal nachtvlinders in ons land bedraagt ongeveer 2400 soorten.

De geisha is een nachtvlinder die voornamelijk op de zandgronden in het oosten van ons land voorkomt. Daar komt hij wijdverbreid voor, maar is niet zo algemeen. Verder vliegt hij als vlinder vrijwel uitsluitend in de maanden mei, juni en juli rond. Zijn naam dankt hij aan zijn oranje tot roodbruine kleur van de vleugels, overeenkomstig de kimono van een geisha, in combinatie met een streepjespatroon, die aan de spaken van een parasol doen denken.

Daarnaast komen een aantal zilverkleurige of staalblauwe smalle banen voor. Afhankelijk hoe het licht erop schijnt. Hoewel de geisha officieel tot de nachtvlinders behoort, is hij overdag actief. Groot is hij niet, de spanwijdte van dit insect bedraagt tussen de 14 en 18 millimeter. De rupsen zijn te vinden tussen dode en verdroogde bladeren, waar zij van leven. Tussen dat strooisel zullen zij zich verpoppen, om in het volgende voorjaar als een prachtige geisha tevoorschijn te komen.

Terug naar overzicht